Honderd jaar vrouwengeschiedenis in elf schoenen
Brabants Dagblad van 1 juni 2018
Arno Heesakkers
Boxtel/Den Bosch
Kijk, het onderwijs mag dan gelijke kansen bieden voor jongens en meisjes, dankzij strijdvaardige vrouwen die hun rechten opeisten, maar daarna gaat het mis. Vrouwen willen ook in het werk dezelfde kansen en dezelfde beloning als mannen. Daarvoor staat de 100-jarige Vereniging voor Vrouwen met een Hogere Opleiding. En ja. die naam, die moet veranderen want die is hopeloos versleten.
Je staat toch echt even met je ogen te knipperen; de Vereniging voor Vrouwen met een Hogere Opleiding (VVAO) viert komend weekend dat zij een eeuw bestaat. Een héle vereniging voor hoger opgeleide vrouwen? Waarom in vredesnaam? Welnu, de club werd opgericht omdat het 100 jaar geleden niet vanzelfsprekend was dat vrouwen een universitaire studie mochten doen, zegt voorzitter Jeanne Martens. Inderdaad! Maar is dat doel niet allang behaald? ,,Zeker, maar daarna gaat het mis. Vrouwen hebben nog altijd niet dezelfde kansen op de werkvloer, op topposities, en voor hetzelfde werk krijgen ze minder betaald dan hun mannelijke collega’s. Dat moet veranderen, de emancipatie is nog lang niet voltooid.”
Oké, dat is best onhandig met deze naam die je meteen op het verkeerde been zet. Het is ook onhandig nu we middenin een discussie zitten over de termen hoog- en laagopgeleid. Die discussie werd eind maart aangezwengeld door opiniemaker en ondernemer Marianne Zwagerman. ,,Hoe eerlijk is het om mensen met een vmbo-opleiding lager opgeleid te noemen? Ze zijn praktisch opgeleid en dat is niet slechter dan mensen die een theoretische studie hebben gedaan”, zei Zwagerman tijdens een ondernemersbijeenkomst. „We zetten onbedoeld een ongelooflijk grote groep vakmensen weg als laag. Daar moeten we mee ophouden. Vervang laag- en hoogopgeleid door praktisch en theoretisch opgeleid.
Risico
Jeanne Martens geeft volmondig toe dat de huidige naam van haar vereniging versleten is. „Dus daar denken we over na.” De landelijke vereniging heeft 32 lokale afdelingen, het kantoor zit in Boxtel. De VVAO telt zo’n 3500 leden en zet zich in voor vrouwen met een niet Nederlandse afkomst, jonge vrouwen die net aan een loopbaan beginnen, 50 plus vrouwen, ‘want die lopen bij reorganisaties een groot risico op ontslag’. „Zeker omdat zij vaak in sectoren werken waar de klappen vallen; zorg. onderwijs en de financiële dienstverlening. De doelen van de vereniging zijn aan de ene kant: kennis delen en netwerken en aan de andere kant belangen behartiging bij zaken die voor vrouwen nog altijd relevant zijn: de gevolgen van deeltijdwerk, dat gebrek aan topvrouwen en die ongelijke beloning. Dit alles heeft zijn wortels in het verleden, zegt de VV AO. Het heeft alles te maken met het onderwijs voor meisjes door de jaren heen en met het Hollandse ideaal van moederschap. Martens: „Jonge vrouwen met een gezin kiezen vaak voor parttime werken. Dat beknot hen in hun carrière en het betekent dat ze min of meer economisch afhankelijk zijn van hun partner. Onderzoek wijst uit, en dat zien we ook in andere landen, dat het beter is als beide partners vier dagen in de week gaan werken en ieder een dag voor de kinderen zorgen. Maar in Nederland worden mannen die werkuren inleveren om thuis te zorgen nog vaak als watjes gezien.”
Voor vrouwen speelt dat zij van ver komen, 100 jaar geleden was een studie voor hen niet voor de hand liggend. Tot halverwege 1956 waren vrouwen handelingsonbekwaam, een getrouwde vrouw had evenveel te zeggen als een onmondige of een geesteszieke, helemaal niks dus. Het huwelijk betekende voor haar ook dat ze moest stoppen met werken. Later begon de discussie of vrouwen misschien toch mochten werken, en toen dat werd bereikt, was het werken naast het runnen van een gezin het exclusieve probleem van de vrouw. Zij moest dat zien te combineren. „En eigenlijk is dat nog steeds zo, terwijl inkomen en gezin een gezamenlijke verantwoordelijkheid zou moeten zijn.”
Ter gelegenheid van het jubileum verschijnt het boek ‘Buitengewone vrouwen in de voetsporen Aletta Jacobs’ van historicus Alies Pegtel. In het boek staan de levens beschreven van vrouwen die als boegbeeld worden gezien van de vrouwenemancipatie. Zoals oud-minister en arts Els Borst, de eerste vrouwelijke minister Marga Klompé, de eerste buitengewoon hoogleraar en biologe Johanna Westerdijk en Angela Maas, de eerste cardiologe met spreekuren specifiek voor vrouwen.
Brief
En natuurlijk Aletta Jacobs, de eerste studente die haar studie succesvol afrondde. Ze werd daarmee de eerste Nederlandse vrouwelijke arts. Als feministe streed ze ondermeer voor het vrouwenkiesrecht, dat bij de grondwetswijziging van 1917 werd ingevoerd. Aletta Jacobs kwam uit een Joods gezin met 11 kinderen. Ze gruwde van haar toekomstbeeld: ‘Dat van ongehuwde dame die met een handwerkje achter de horretjes zit te gluren’. Dus schreef ze een brief aan de toenmalige liberale minister Johan Thorbecke met het verzoek te mogen studeren. In 1871 werd ze toegelaten, en op zijn sterfbed gaf Thorbecke haar uiteindelijk toestemming om het artsenexamen af te leggen. Jeanne Martens: „Terugkijkend is er in 100 jaar tijd veel gebeurd rond de positie van vrouwen in de samenleving. Juist omdat er vrouwen waren die streden voor hun rechten en zo de weg vrijmaakten voor vrouwen die na hen kwamen. Maar we zijn er dus nog niet. We moeten in de schoenen stappen van al die strijdbare vrouwen die ons voorgingen. We moeten hun voetsporen volgen.”
Vandaar ook de jubileumexpositie ‘In Their Footsteps’ in Museum Slager in Den Bosch, die zaterdagmiddag vanaf 15.00 uur tot 1 juli is te bezoeken. Verschillende kunstenaars geven hier hun visie op 11 vrouwelijke boegbeelden die in de afgelopen eeuw een markante rol hebben gespeeld in de vrouwengeschiedenis. Een aantal van hen staat ook in het boek.
Hakken
Verder is er zaterdagochtend van 10.30 tot 12.00 uur in Theater aan de Parade een symposium ofwel een ’theatrale talkshow’ met onder anderen Adelheid Roosen. De presentatie is in handen van Astrid Joosten. Het thema van dc jubileumviering is ‘Heads and Heels’. Hoofd en hakken dus. Waarom nou hakken? We horen de mannen alweer schamper roepen dat vrouwen alleen over schoenen kunnen praten. Jeanne Martens: „Maar die schoenen zijn wel een heel mooi symbool voor dat in de voetsporen treden van andere vrouwen. Wat onze vrouwen bindt, is hun opleidingen hun manier van leven.”
We moeten in de schoenen stappen van al die strijdbare vrouwen die voorgingen.
— Jeanne Martens